Masi. Zo'n halve eeuw terug zo'n beetje de grondlegger van de ripassotechniek, de turbo van valpolicella in thuishaven Veneto. Dat moet ook in Tupungato, Valle de Uco, kunnen, zo meende een van de Masi mensen twintig jaar geleden. Dat ie daarvoor aan de slag ging met malbec is niet zo bijzonder. De nationale druif is onontkoombaar. Corvina, in Veneto begon de victorie, is veel bijzonderder. En het drogen van de druiven op bamboematten is ook niet alledaags. Levert dan ook een on-Argentijnse rode op. Pruimen op sap, handje zoetigheid, snufje speculaaskruiden, rijpe, zachtzure kersen. Licht gedroogd rood fruit, handje hazelnoten, vleugje lapsang souchong-thee. Fijne rokerigheid. Fijne wijn. Eigenlijk in niets een Argentijn. De smaak te pakken? Masi schakelt nog een tandje bij met hun Corbec, die op de Amarone-manier gemaakt is. (Zie ook het prototype Campofiorin dat Gall & Gall verkoopt, waar Masi ook verder vertegenwoordigt is met de zijn Italiaanse line up).