Op het etiket vinden we een zilveren sierraad, een verwijzing naar de oorspronkelijke bewoners van Chili. Saillant detail, want carménère is tegenwoordig de nationale druif van Chili, maar mag worden gerekend tot de allochtone druivenrassen. Pure import dus. Niet lokaal, maar wel inmiddels met een heroïsche status.
Wat we in het glas aantreffen is opgewekt. Cool! Met groene paprika, maar dan in de lekkere zin. Zoals je ook kan aantreffen bij cabernet franc. Die zit overigens niet in de blend. Wel 10% cabernet sauvignon en 5% petit verdot.
Mooi en rond. Lichtvoetig, vegetaal en aards met pruimen, een verdwaald bosaardbeitje en een after eight. Ik bespeur in de verte nog een drupje Tabasco. Nu snap ik gelijk waar dat chili-con-carne-verlangen vandaan komt.