Het klinkt zo fijn, zo onbezorgd, wijnboer zijn. Lekker de hele dag proeven.
Vergeet het maar. Gewerkt moet er worden. Zelfs als je zoals de broertjes Giuliari in de achtertuin van Venetië werkt.
De druiven moeten perfect rijp geplukt, worden daarna 100 dagen gedroogd, traditioneel vergist op houten vaten, en dan volgt nog een rijping, een opvoeding, op hout. Druiven worden niet zomaar wijn.
Maar dan heb je ook amarone, de port van Italië. Geurend fruit, espresso, amandelen, een vleug dure tabak. Geuren vol weemoed en verlangen, geuren van vroeger tijden, van ongerepte natuur, van traditioneel Italië.